Binnen de landelijke kennisbasis toets taal zijn er verschillende domeinen.
De volgende domeinen komen aan bod binnen de LKT taal toets:
- Mondelinge taalvaardigheid - 11 vragen
- Woordenschat - 9 vragen
- Beginnende geletterdheid - 16 vragen
- Voortgezet technisch lezen - 6 vragen
- Begrijpend lezen - 8 vragen
- Stellen - 5 vragen
- Jeugdliteratuur - 3 vragen
- Taalbeschouwing - 13 vragen
- Spelling - 9 vragen